De meerderheid van de Nuer-bevolking woont in Zuid-Soedan. Het Nuer-volk bestaat uit negentien subgroepen, waarvan de Gadjaak voor het grootste deel in Ethiopië woont. De dorpen van de Nuer liggen voornamelijk aan de oevers van de Baro-rivier en haar zijrivieren, op de grens van de Gambella-streek in Ethiopië en in het zuiden van Soedan. In de droge tijd woont de bevolking dicht bij de rivier. Tijdens de regentijd trekken ze verder landinwaarts om te voorkomen dat het vee wegzakt in de moerasachtige gronden. De Nuer onderscheidt zich door zijn lichaamsbouw. Ze zijn lang, slank en tamelijk donker van huidskleur. Het zijn voornamelijk veehouders, maar er wordt ook gevist en landbouw bedreven. (Lees meer over de Nuer-bevolking in mijn boek: “Ethiopië, ongekend anders”)