De trein van negus (1996)

 

de-trein-van-de-negus

Flaptekst: Hij ontspoort, stort in een ravijn en wordt soms beroofd en beschoten door rebellen en rovers – de Ethiopische trein is ongetwijfeld de meest waanzinnige trein ter wereld en ook de gevaarlijkste. Desondanks moet deze ‘trein van negus’ zogenoemd omdat negus Menelik hem ooit bij de Fransen bestelde, elke dag het traject Addis-Abeba – Djibouti afleggen, dwars door het christelijke Ethiopië, dat lange tijd gesloten is geweest voor buitenlanders en ondanks de revolutie die er heeft plaats gevonden een geheimzinnig land blijft, waar de invloed van het Westen bijna nihil is. Patrick Forestier ontmoet tijdens zijn expeditie per trein mensen die een leven leiden waarvan men zou denken dat het niet meer bestaat. Op zijn reis in het voetspoor van Arthur Rimbaud en Henry de Monfreid ontdekt de auteur dat er in het Harargebergte en in de Ogadenwoestijn sinds de vorige eeuw niet echt iets veranderd is. Van Addis-Abeba tot aan de oever van de Rode Zee laat Patrick Forestier ons, niet zonder gevoel voor humor, een boeiend avontuur beleven.

Titel: De trein van negus – Auteur: Patrick Forestier – Uitgever: Atlas Amsterdam, 1996 – ISBN: 90 254 0977 6

Recensie: Zeg in Addis Abeba dat je met de Djiboutisch-Ethiopische spoorweg wilt reizen, en je wordt voor gek verklaard. De lijn werd in 1911 door de Fransen aangelegd, is 782 km lang, en voert vanaf 2348 m hoogte (Addis) door hoogvlakten, gebergten en woestijnen naar de oever van de Rode Zee. De trein stopt om de vreemdste redenen, wordt beschoten, vervoert geiten binnen en op het dak, iedereen verkeert in de lichte roes van het qat-kauwen, enz. De tocht is bizar, het verslag ervan wel aardig voor wie het land een beetje kent. Maar de stijl (door de vertaling, misschien?) plaatst de lezer vaak voor raadsels (‘de chauffeur van de trein’; ‘posters van Oromo vrouwen met kleine borsten; twee daarvan (sic) tonen een Afar-vrouw en een Ethiopische’ = drie volkeren; ‘Jammer dat ik niet naar A. kon gaan. Daar kreeg ik alle tijd voor, want…’; een meer krijgt in één alinea twee namen). Zulke verwarrende combinaties komen voortdurend voor. Het verhaal is vanuit Franse optiek geschreven, bevat veel informatie en ontmoetingen, maar opvallend weinig humor.(Biblion recensie, Jan Rijsterborgh.)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s